Ervaringen in kleuterschool en school tonen, dat vele kinderen problemen met voorzetsels hebben. De beeldverhalen van Verhalen over de voorzetsels tonen de relatie van twee personen of voorwerpen tot elkaar in het kader van een verhaal en helpen kinderen de ruimtelijke begrippen in, op, over, onder, boven, voor, achter, naast en tussen zowel concreet toe te wijzen, als ook taalkundig correct toe te passen. Gelijktijdig wordt hierbij hun fantasie opgewekt.
Ieder verhaal heeft vier kaarten. In het middelpunt van iedere kaart staat een doelzin die een bepaald voorzetsel afbeeldt. Op de eerste beide kaarten begint het verhaal, de kaarten drie (3A) en (3B) bieden twee verschillende oplossingen aan, hoe de handeling kan worden vervolgd, zijn echter van elkaar onafhankelijk. Het is voor de kinderen belangrijk, dat ze de ruimtelijke indeling toewijzing herkennen en gedurende het vertellen taalkundig correct vertalen. Met de vraag naar de plaats, waar zich een persoon of een voorwerp bevindt of naar de richting, waarin zich de persoon beweegt of waarin een voorwerp wordt bewogen, kunnen de kinderen in de dialoog tot het "grondbeginsel" van de kaart worden gevoerd en zodoende tot het correcte voorzetsel. In de loop van de tijd constateren de kinderen, dat er op een kaart nog verdere voorzetsels te ontdekken zijn. De beeldverhalen kunnen ook onafhankelijk van het voorzetsel als verhalen met verschillende aflopen worden toegepast.
Specificaties van Schubi Verhalendoos: Verhalen over de voorzetsels
Bestelnummer |
BEK7936 |
Groepen |
Groep 1, Groep 2, Groep 3, Groep 4, Groep 5, Groep 6, Groep 7, Groep 8 |
Merk / Uitgever |
Schubi |
EAN / ISBN |
4006810121153 |