Adjectieven (bijvoeglijke naamwoorden) maken de taal levendig. Ze maken verhalen en vertellingen aanschouwelijk en spannend. Bovendien worden beschrijvingen pas nauwkeurig en begrijpelijk als er adjectieven worden gebruikt. Ze helpen zaken te onderscheiden of beschrijven hoe een activiteit wordt uitgevoerd. Adjectieven horen hierdoor tot de belangrijkste woordsoorten van onze taal. Elk van de 18 verhalen bestaat uit vier kaarten, waarop het telkens om een adjectief uit het dagelijkse gebruik draait. De kinderen oefenen zowel het verbuigen van de adjectieven een bonte jurk – een bont jurkje, als het semantisch juiste gebruik in tegenovergestelde paren verdrietig – vrolijk, dik – dun, langzaam – snel, licht – donker, lang – kort. Met de verhalen kunnen 70 adjectieven en daarmee 35 tegenovergestelde paren doelgericht worden geoefend. Aangezien elk verhaal twee tegengestelde paren bevat, is het ook mogelijk telkens twee kaarten te vergelijken om zo de gezochte adjectieven te vinden.
Inhoud: 18 beeldverhalen in kleur met telkens 4 afzonderlijk kaarten. In totaal 72 kaarten, formaat 9 x 9 cm. De kaarten van één verhaal zijn op de achterkant van hetzelfde nummer voorzien (groot cijfer). De volgorde van de afbeeldingen wordt met kleine cijfers aan gegeven. Handleiding.
Geschikt voor: kinderen vanaf 5 jaar, voorschoolse educatie, groep 1t/m 4 van het basisonderwijs, speciaal onderwijs, logopedie, remedial teaching, Nederlands als tweede taal.
Specificaties van Schubi Verhalendoos: Verhalen over de adjectieven
Bestelnummer |
BEK11658 |
Groepen |
Groep 1, Groep 2, Groep 3, Groep 4 |
Aanbevolen leeftijd |
4-9 jaar |
Merk / Uitgever |
Schubi |
EAN / ISBN |
4006810121191 |